Zondag 27 april 2003

St-Jean-Pied-de-Port - Roncesvalles (26.0 km)

St-Jean-Pied-de-Port
St-Jean-Pied-de-Port

om tien uur ben ik in St-Jean-Pied-de-Port aangekomen met de trein. In de trein zaten al veel pelgrims, met name uit Duitsland. Het was nog erg vroeg en het was mooi weer, dus ik heb besloten om vandaag toch maar met de eerste etappe te beginnen. Maar voordat ik met de wandeling begon, ben ik eerst bij het pelgrimsbureau geweest om het «Credencial del peregrino» te halen, een stempelkaart om aan te tonen, dat je de tocht echt hebt volbracht. Bovendien heb je deze kaart nodig om in de pelgrimsherbergen te kunnen overnachten.

Uiteindelijk ben ik om elf uur vertrokken voor een tocht van 26 km, waar volgens de beschrijving acht uur voor staat. Het is de zwaarste etappe van de route met 1250 meter stijgen en 500 meter dalen. De wandeling ging goed, het was mooi weer, erg zonnig. Er stond echter wel vrij veel wind, dat merk je vooral op de passen, je moet hier je hoed goed vastbinden.

Timpaan van het klooster in Roncesvalles
Timpaan van het klooster in Roncesvalles

Een groot nadeel van deze etappe is wel, dat deze voor het grootste deel over asfalt loopt en dat vind ik erg vermoeiend om te lopen. Vrijwel alleen het laatste stuk vanaf het hoogste punt 500 meter afdalend naar Roncesvalles loopt de route over een bospaadje. Overigens is hier wel een alternatieve route (die makkelijker zou zijn) over de weg aangegeven, de meeste wandelaars nemen deze weg over het asfalt. Het bospaadje is vooral in het begin vrij steil, vandaar de moeilijkheid.

Uiteindelijk kom ik om half zeven in Roncesvalles aan. Hier overnacht ik voor vijf euro in de pelgrimsherberg. Dit is een grote zaal met 110 slaapplaatsen en die is ook vrij vol, het is momenteel erg druk met pelgrims. Roncesvalles is een historische pas. Nadat Karel de Grote op de terugweg was van de verovering van Pamplona, waarbij uiteraard veel werd geplunderd, is de achterhoede van zijn leger hier aangevallen door Basken, die hier behoorlijk kwaad over waren. In de achterhoede van het leger van Karel de Grote vocht ook een zekere Roeland, die bekend is geworden door het Roelandslied. In dit lied wordt verteld hoe Roeland aan zijn einde komt in Roncesvalles in een heroisch gevecht met de saracenen.

's Avonds kost het wat moeite om op te staan, vanwege de spierpijn. Dat valt toch wel wat tegen, hopelijk trekt dat morgen weer weg. Gelukkig hoef ik niet zo ver te lopen naar een restaurant voor het «pelgrimsmenu». Hier worden we met een grote groep (ca. 25 personen) pelgrims aan twee grote ronde tafels gezet, dat vind ik wel een gezellig begin van de tocht.